Over dit onderwerp Vragen: Wanneer is welke vorm van zorg passend? In welke gevallen is ambulantisering voldoende effectief en wat is ervoor nodig om het succesvol te doen? Is het mogelijk goed te detecteren wie baat heeft bij wel of juist niet opgenomen worden? Hoe stemmen we, met name bij residentiële zorg, verschillende modules van licht naar zwaar goed op elkaar af? Hoe maak je een goed alternatief voor kinderen met ernstige problemen zodat ze toch thuis behandeld kunnen worden? En als dat echt niet mogelijk is, waar kunnen zij terecht? Doelen: De beweging van residentiële jeugdzorg naar meer ambulante hulpverlening behoeft aandacht en zorgvuldigheid. We staan voor de opgave deze ambulantisering zo in te richten dat het de beste setting biedt voor kinderen met psychische problemen Toelichting Kinderen worden alleen nog in crisissituaties opgenomen als het niet anders kan. Vooralsnog is de overgang tussen twee systemen, thuis of in de instelling, veelal te groot. Er zijn nog te weinig tussenvormen. In sommige gevallen is de klinische setting de verstandigste keuze (en vaak is het de enige keuze, omdat het gezin het niet aankan) maar de waarde daarvan moet beter onderbouwd worden. Het gaat uiteindelijk niet om de setting, maar om welke behandeling op welke plek kind en ouders het best en tegen de laagste kosten helpt om zo snel mogelijk zo goed mogelijk mee te kunnen doen in de samenleving. Het perspectief van stagering is hierbij van belang; in welke fase is welke behandeling het meest gepast. Ook aandacht voor nazorg (voorzieningen na de behandeling) moet daarbij worden meegenomen. Voor gemeenten is het ook belangrijk om dat inzichtelijker te maken. Er moet voor gewaakt worden dat er op de ambulante zorg bezuinigd wordt, terwijl daar juist gezocht moet worden naar mogelijkheden. Het afbouwen van het aantal bedden moet het gevolg zijn van ambulantisering en niet de aanleiding. Doordat goed georganiseerde ambulante zorg vaker wordt ingezet in plaats van residentiële zorg, zal de noodzaak tot opname verminderen. In dit proces is aandacht nodig voor regionale afstemming. Terug naar boven Op deze pagina Onderzoeken over dit onderwerp Het Kenniscentrum heeft geïnventariseerd welke onderzoeken zich op dit thema richten. Het gaat hier om lopende of afgeronde onderzoeken in de kinder- en jeugdpsychiatrie, die gestart zijn op 1 januari 2015 of later. De informatie over deze onderzoeken is aangeleverd door de betrokken academische centra. Mocht u hierin onjuistheden tegenkomen of nog onderzoeken missen, dan kunt u contact opnemen met Marieke Zwaanswijk, senior beleidsmedewerker: m.zwaanswijk@kenniscentrum-kjp.nl Lopende onderzoeken SPARTA: Effectiviteit van face-to-face en blended (deels online) gedragstherapeutische oudertraining voor kinderen met ASS en gedragsproblemen (Accare) PAINT-C: Wat zijn de barrières en faciliterende factoren voor de zorg rondom ADHD? (Accare) Persoonlijkheidsstoornissen, onveilige gehechtheid en automutilatie in de adolescentie, en de therapeutische factoren gerelateerd aan uitval en behandeluitkomsten van intensieve psychotherapie (Curium-LUMC) De effectiviteit van Theraplay voor kinderen met autisme (Curium-LUMC) Back2School: Onderzoek naar schoolverzuim en het effect van het Back2School programma (Curium-LUMC) Afgeronde onderzoeken ADHD@HOME: werkt thuisbehandeling bij kinderen met ADHD (Accare) Actuele projecten Er zijn nog geen actuele projecten en/of praktijkvoorbeelden over dit thema. Heeft deze kennis u geholpen? Bedankt voor uw feedback Wilt u hieronder aangeven wat u goed vindt, en wat het Kenniscentrum kan verbeteren? Bedankt! Naam E-mailadres Uw feedback thumbs-upthumbs-down Reageren Kunnen we deze tekst verbeteren, of vond u niet precies wat u zocht? Laat het ons weten. Naam E-mailadres Bericht